Datum: 20240615
Tijd: 11:10 – 15:40
Afstand: 16,0 km
Overnachting: Haus Waltraud am Tegernsee, Bad Wiessee
Wandeling
Er gaat een enorme wolken massa met regen en onweer net aan de Tegernsee voorbij. Zeker geen weer om de bergen in te gaan, als de prognose niet klopt en het komt toch hier over, dan zit ik mooi te kijken in de bergen met noodweer. Ik ga dus een tocht in het dal doen. Dat komt me goed uit want ik wil mijn rechterknie nog een beetje ontzien, maar het is altijd beter om het weer de schuld te geven 🙂
Nadat ik een route uitgezocht heb, loop ik eerst naar de Konditorei voor het ontbijt. Dat was gisteren goed bevallen. Vandaag helaas niet buiten in het zonnetje, maar binnen zit je ook lekker. Droog, want het regent al, tot zover dat het aan ons voorbij gaat.
Nu loop ik eerst even bij de plaatselijke boekhandel langs. Ik had een mooi wandelboekje van Bergverlag Rother gekocht, “Tegernseer und Schlierseer Berge”, en daar al mijn wandelingen in uitgezocht. Laat dat nu net het enige zijn dat ik thuis vergeten ben, lekker handig… Gelukkig heb ik wel alle gpx tracks en Ada heeft me foto’s gestuurd van de eerste wandelingen, inclusief mijn huttentocht. In de airbnb ligt een oudere uitgave, maar die verschilt in details toch van de nieuwe. Ik ben al op een paar plekken binnengelopen, ook in een boekhandel in Tegernsee, maar heb het nog niet gevonden. Gelukkig slaag ik nu wel, ze hebben hier zowel de oude als de nieuwe uitgave, waar de oplettende verkoopster me op attent maakt anders had ik wellicht de verkeerde gekocht. Een beetje reclame maken kan geen kwaad, het levert me helaas niets op.
Mijn wandeling van vandaag begint in Gmund en ik neem de boot over de Tegernsee naar het begin van mijn wandeling. Ik ben veel te vroeg en werk alvast het begin van dit verslag uit.
De boot zit behoorlijk vol, met mij stapt nog een buslading oudjes in die ze net in Bad Wiessee gedropt hebben.
Na een tussenstop bij Gmund Kaltenbrunn, stap ik uit bij Gmund Seeglass, hier ben ik gisteren allebei voorbij gelopen.
Gmund blijkt toch iets meer te bieden te hebben dan ik gisteren gezien heb. Toen ben ik voornamelijk langs de oever van de Tegernsee gelopen en niet door het centrum. Langs het kerkje is een dooieakker en daar loop ik even overheen. Daarna gaat het langzaam omhoog en het dorp uit. Nu kom ik bij een Bergfriedhof, nog een dooieakker.
Ook hier loop ik even overheen, in een hoek staan de kruisen wel erg dicht op elkaar. Ik denk dat men ze daar rechtop begraven heeft.
De route gaat verder tussen weilanden en ik bereik Ostin. Hier wijk ik even van de route af om naar de Ostiner Stub’n te lopen aan de Bundesstraße. Gelukkig zijn ze open, alhoewel ik de enige gast ben, tijd voor koffie. Het is een erg chique tent, ik denk dat eten hier wel iets meer kost dan ik normaal uitgeef deze dagen. De eigenaar is echter vriendelijk en de koffie niet eens duur.
Ik loop weer terug naar de route en ga verder tussen weilanden en bosjes. Als ik langs een camping kom, am Oedberg, wil ik voor 2 euro een flesje water uit een automaat langs de weg halen. Dat lukt en het levert me zelfs 2 flesjes water op, yow, de hoofdprijs 🙂
Ik kom weer bij de Bundesstraße uit en de route gaat hier een stukje langs. Dat is minder geslaagd want het is een drukke weg. Gelukkig is het maar 150 meter en is het gras aan de kant goed gemaaid zodat ik daar doorheen kan lopen, anders was het niet erg veilig.
Nu gaat het weer een stukje omhoog, nog steeds over landwegen. Op een gegeven moment, als het weer omlaag gaat, zie ik een heel stuk van de route voor me liggen. Daardoor let ik niet goed op en mis ik een afslag. Een stuk terug dus, om tot de conclusie te komen dat ik daar so-wie-so niet door kan omdat een stuk verderop die Brücke abgerissen ist, wie doet dat nou…
Dus weer terug en verder waar ik gebleven was, de weg komt uiteindelijk ook weer op de route uit. Ik mis alleen een lus naar Thalmühl.
Aan de rand van Gmund vind ik Papierfabrik Louisenthal op een flink fabrieksterrein en pal daarlangs de Gmund Paper Factory, die maken vast wel spullen die in onze apparaten gebruikt (kunnen) worden. Helaas is op zaterdag alles dicht, ook de sample shop.
In Gmund aangekomen zoek ik een goede plek om een biertje te drinken, het is te koud om buiten te zitten, iets binnen dus. Ik vind der Lieblingsplatz am Tegernsee, een bistro / café dat er wel gezellig uitziet. Hier drink ik rustig een biertje en geniet ik van een wafel met ijs.
Daarna ga ik nog even bij de Rewe binnen om ontbijt voor morgen te halen. Morgen is het zondag en dan is de Konditorei geschlossen.
Ik ben ruim op tijd bij de aanlegplaats voor de boot en zie hem al van ver, langzaam, aankomen. Ik wordt herkend, goh, en hoef mijn ticket niet op te zoeken. Nu een uurtje op de boot en de rest van de Tegernsee rond onder het genot van weer een biertje. Ik babbel nog even met twee oudere stellen uit München die bij me aan tafel komen zitten, ik moet jullie allemaal de groeten doen, en dan ben ik weer ’thuis’.
Snel douchen en dan naar die Königslinde am Tegernsee, een restaurant hier in Bad Wiessee om te eten en het verslag uit te werken.
Weer
Het weer was wisselend vandaag. ’s Morgens regende het, maar toen ik aan mijn wandeling in Gmund begon was het alweer droog. Later begon het weer te regenen, niet heel hard maar hard genoeg om goed nat te worden. Gelukkig had ik mijn paraplu bij me. In Gmund aangekomen was het weer droog. Tijdens de boottocht naar Bad Wiessee begon het weer te regenen en dat bleef het de rest van de dag doen in meerdere of mindere mate.
Songtekst van de dag
Ik kom tijdens mijn wandelingen hier vooral ook veel koeien tegen, meer dan mensen. Daarom heb ik vandaag gekozen voor Walking the Cow, in de uitvoering van Pearl Jam (oorspronkelijk van Daniel Johnston).
Tried to remember but my feelings get old for sure
Tried to recall but it’s gone
Lucky stars in your eyes
I’m walking the cow
I really don’t know how i came here
I really don’t know why i’m staying here
I’m walking the cow
Tried to point my finger but the wind keeps blowin’ me around
In circles, in circles
Lucky stars in your eyes
I’m walking the cow
I really don’t know what i have to fear
I really don’t know why i have to care
I’m walking the cow
Lucky stars in your eyes…
















































































Ik zit nu in een airbnb, dat betekent zelf voor het ontbijt zorgen. Geen probleem, een stukje verderop zit een Konditorei en daar hebben ze goeie koffie en maken ze heerlijke belegde broodjes, vers brood en vers gemaakt. Als ik zo op het terras van die Konditorei zit, genietend van mijn ontbijt, in een flets morgenzonnetje, moet ik Hans gelijk geven, In Bayern lässt es sich gut leben.
Op het terras zoek ik uit of ik om de Tegernsee kan lopen en dat kan. Wel loop je aan de westkant een flink stuk langs die Bundesstraße, maar daar heb ik op de kaart al iets voor gevonden.
Uiteindelijk kom ik bij de Bundesstraße uit, de keuze is nu over het fietspad langs de weg of aan de andere kant een betere route vinden. Uiteraard steek ik over, door een tunneltje, en via een Rettungsweg gaat het omhoog. Na een tijdje is der Rettungsweg op en ga ik verder over een tractorspoor waar al lang niemand meer gelopen heeft. Ik kom uit bij de Tegernseer Golf-Club, ik loop nu langs en door het golf terrein.
Na het golf terrein kom ik op de Panorama Wanderweg, die gaat rondom de Tegernsee! Waarom heb ik die niet on-line gevonden? Voorlopig volg ik deze Wanderweg.
Na Holt gaat het weer omlaag richting See, als ik daar aankom, komt de Nederlandse vlag voorbij in Porsche variant, eerst een rode, dan een witte en daarna een rode. Ik loop vlak langs de oever en langs Gmund, een mooie promenade maar er is niet veel te doen. De Panorama Wanderweg gaat hier weer omhoog en ik besluit om deze te volgen. Het gaat over landwegen, asfalt, en tussen weilanden door. Op een gegeven moment gaat het verder omhoog en het bos in, een mooie route. Een deel van de route is goed afgezekerd met een houten reling. Ik denk dat de doelgroep hier niet op de plekken komt waar ik gisteren was 🙂
Als ik weer langs een wei met koeien loop, hoor ik een helderdere bel dan anders. Deze klinkt als de ijscoman. Deze koe heeft ook niet zo’n koperkleurige maar een zilverkleurige bel om. Maar het brengt mij wel op het idee voor de songtekst van vandaag.
De Panorama Wanderweg loopt dwars door het dorp Tegernsee en daar in het centrum, jaaaa, de brouwerij met groot terras, das Herzogliches Brauhaus Tegernsee, tijd voor bier en een hele late lunch. En zoals ein Brauhaus betaamt hebben ze zeer schappelijke prijzen, € 3,30 voor een halve liter van hun bier, welke dan ook. Dat moet je bij ons eens proberen te vinden…
Terwijl ik op het terras van das Herzogliches Bräustüberl geniet van de lokale brouw- en kookkunsten, zoek ik ook een oplossing voor mijn Rotwandhaus dilemma. Er zijn diverse hutten in de omgeving, maar dat zijn allemaal Selbstversorgerhütten en dat is me dan toch weer iets te karig. Uiteindelijk kom ik uit op das Taubensteinhaus, er is alleen nog plaats auf dem Matratzenlager, dus dat wordt het. Das Taubensteinhaus ligt een stukje voor das Rotwandhaus vlak langs de route. Extra voordeel is dat hier ook die Taubensteinbahn naar Spitzingsee omlaag gaat. Mochten mijn benen niet meer willen, dan kan ik daar gebruik van maken.
Ik denk eraan om met de boot terug te gaan naar Bad Wiessee, helaas is die net vertrokken en duurt het een uur voordat hij weer gaat. Dat duurt me te lang, ik begin alvast met lopen. Op een gegeven moment kom ik bij de aanlegsteiger van der Überführer, iemand die met een roeiboot mensen over dit stuk van de Tegernsee zet. Net voor mij lopen er drie mannen al naar toe en beginnen flink aan de bel te rammelen, zoals ook staat aangegeven. Ik vraag ze “Ihr hoft das ein Boot komt?” en als ze bevestigend antwoorden zeg ik “Ich hoffe mit euch.”. Het duurt me echter al snel te lang, er is nergens beweging te zien en ik loop door. Een paar kilometer verder wordt ik door diezelfde mannen ingehaald, “Das mit dem Boot war niks”.
En zo loop ik de hele ronde rondom de Tegernsee. Een klein stukje langs de Bundesstraße en voor de rest zo veel mogelijk langs het water. Als ik weer terug ben op de promenade van Bad Wiessee, neem ik eerst een biertje bij de kiosk en op het terras langs het water. Daarna ga ik weer eten bij Mr. Vu, daar hadden ze niet alleen Vietnamees eten, maar ook Sushi.


















































































































Op de Wanderparkplatz Wildbad Kreuth kan mijn auto twee dagen blijven staan. Betalen doe ik met mijn credit card via een app die ik ter plekke download.
Bij das Steinerne Kreuz kan ik kiezen, of via de Steig omhoog (2 uur) of via de Bayralm (3 uur). De route die ik gekozen heb gaat via de Steig, dus dat wordt het.
Dan begint de echte Steig, het gaat steil omhoog, met handen, voeten en stokken. Die laatste zijn op dit stuk onmisbaar. Ik moet goed uitkijken waar ik mijn voeten en stokken neerzet. De kunst is om niet te veel hoogte verschil te overbruggen bij iedere stap. Dat lijkt sneller, grote stappen, snel thuis, maar is slecht voor de knieën. Ook moet je je dan even afzetten om omhoog te komen en ben je even de controle kwijt. Als je dan weer terugveert, voel je dat je een flinke backpack op je rug hebt, die je de verkeerde kant op trekt.
Na een flinke tijd flink afzien, ik vraag me soms af waarom ik niet gewoon de langere route heb genomen, kom ik ineens bij een Wirtschaftsweg met zowaar een bank. Hier hou ik een welkome pauze.
Op een gegeven moment wordt het pad vlakker met nog maar af en toe een steiler stukje. Ik kom nu bij een Sattel, het lagere deel tussen twee bergtoppen. Dit gedeelte van de route is prima te doen, weinig hoogte verschil. Ik passeer hier ook ergens de grens en ben nu in Oostenrijk.
Naar de Gufferthütte is het nu nog maar ongeveer één kilometer, voornamelijk omlaag.
Eenmaal binnen wordt ik welkom geheten door Kathleen, die Hüttenwirtin.
Voordat ik weer aan het bier ga, loop ik eerst even het terras op. De zon schijnt en ik heb een prachtig uitzicht op de bergen.
Ik sta op tijd op om in te pakken voor het ontbijt. Toch ben ik nog te vroeg voor het ontbijt dat vanaf 7:30 is, dus genieten van het uitzicht op het terras en een babbeltje met een andere gast maken die verbaast is dat ik dit soort tochten in Jeans doe.
Na het ontbijt pak ik de laatste spullen in, doe mijn schoenen aan en de volgend etappe van mijn huttentocht begint. Het is even zoeken naar de juiste route, een waterloop lijkt op een pad en is dat soms ook, paden zijn slecht zichtbaar in de alm tenzij je erop staat, maar na even rondlopen heb ik de juiste richting te pakken. Er schijnt een flets zonnetje.
Het eerste stuk is goed te doen, over een brede lage bergkam met glooiend grasland en her en der bomen. Ik zie en gebruik oude verweerde markeringen, beter dan niets. Helaas zijn er niet genoeg en ik raak van het pad. Dwars door het grasland en bos zoek ik mijn route terug. In het grasland moet ik goed uitkijken, er zitten grote natte gaten in, waar de koeien bij elkaar gestaan hebben.
Helaas zit ik op het verkeerde pad, dit pad komt ook op de Blaubergalm uit, maar gaat onder langs de berg. Mijn route gaat boven over, uiteraard. In mijn enthousiasme om een goed gemarkeerd pad te volgen, zit ik op de verkeerde route. Daar waar ik de route weer opgepikt heb, net van te voren was een aftakking naar boven. Dus terug en omhoog, via een Steig. Boven aangekomen kan ik nog even een aftakking nemen om naar de top van de Halserspitze te lopen. Uiteraard doe ik dat, als ik toch al zo dicht bij ben. Daar heb ik geen spijt van, een goed begaanbare route over een bergkam en heel mooie uitzichten alle kanten op.
Ik zie dat er wolken over de bergkam komen vanaf het noorden, dus snel weer verder voordat ik in de mist zit.
Ik ben de Halserspitze omhoog gekomen via de zuid kant. Je kunt ook via het noorden naar boven (of naar onder). Dat is echter niet aan te raden gezien het bord met Lebensgefahr!
Iedere keer dat ik denk dat de bergkam gedaan is, volgt er toch weer een nieuw stuk, ook met de nodige klimmetjes erin. Maar uiteindelijk gaat het dan toch omlaag naar de Blaubergalm, tijd voor een pauze met een biertje. Op de bergkam vallen er af en toe enkele druppels, maar dat mag geen naam hebben.
Ik vervolg mijn weg verder omlaag met lichte regen, die wordt toch steviger en in besluit om de regenhoes toch maar om mijn backpack te doen. Mijn regen poncho heb ik nog niet nodig, mijn jas en hoed bieden voldoende bescherming. Het voordeel van de hoed is dat die het zicht niet belemmerd zoals een capuchon doet.
Bij de Königsalm is het weer tijd voor een pauze met een biertje. Nu regent het weer, maar ik zit droog onder het afdak van de schuur van de 46 meter lange stal die in de 18de eeuw gebouwd is. Het regent en de zon schijnt, de duuvelkes hebbe kermis. Op het dak van de boerderij verdampt de regen meteen en ontstaan kleine mist vlagen.
Verder voor de laatste loodjes, de route van vandaag is langer dan ik verwacht had. Ik loop door een wei met jonge koeien, die schrikken eerst en dan volgen ze mij. Daarna volgt een wei met oudere koeien, die zijn niet zo nieuwsgierig, ten minste totdat ik blijf staan om enkele zinnen van dit verslag in te typen, dan komen ze ook naar me toe en volgen me tot het einde van de wei.
De laatste kilometers gaan geleidelijk omlaag met af en toe enkele steile stukjes. Onder aangekomen, kom ik nog langs een forellen kwekerij en dan ben ik weer bij de auto.
De eerste dag was het perfect wandelweer. Het begon zonnig maar werd al snel bewolkt, hoge wolken, boven de bergen, geen probleem voor het uitzicht dus. Ook de temperatuur was prima, niet echt warm, maar dat kreeg ik het toch wel door het klimmen.
De tweede dag begon ook goed, zonnig en half bewolkt. Toen ik echter over de graat liep begon het een beetje te regenen en toen ik bij de Blaubergalm vertrok begon het harder te regenen. Hard genoeg om de regenhoes van de back pack eroverheen te trekken. Bij de Königsalm aangekomen was het alweer droog.
Zoals hierboven al aangegeven, kom ik vaak de Enzian tegen, een mooie blauwe bloem die hier in de bergen groeit. Daarom vandaag als songtekst van de dag 














































































































































Change of plans vandaag. In mijn enthousiasme had ik na de zwaarste tocht gisteren voor vandaag de op één na zwaarste tocht gepland. Achter de laptop kan dat allemaal, hier in Bayern is dat toch iets anders. Aangezien ik mijn benen al voel na gisteren en ik morgen wel goed aan mijn eerste huttentocht wil beginnen, zoek ik voor vandaag iets anders uit. Het wordt die Spitzingseerunde, een wandeling hier in de omgeving die langs het hotel komt.
Ik loop lekker relaxt langs de Spitzingsee naar de Spitzensattel waar een Wanderparkplatz is. Een deel van de route is een Kreuzweg, middels 14 tableaus wordt de lijdensweg van Jezus getoond. Je kunt helemaal om de Spitzingsee lopen en zo te zien is het ook een mooie route. De Spitzingsee is niet heel erg groot en ik denk dat die Umrundung een kilometer of 3-4 is. Misschien doe ik dat straks nog.
Nu volgt het zwaarste stuk van de dag, 2,5 km omhoog naar de Obere Firstalm over een goed begaanbare Wirtschaftsweg. Het is gelukkig niet te steil zodat ik een tempo vind waarin ik vrijwel continue door kan lopen. Ik moet wel uitkijken, er komt een voertuig omlaag, bagage vervoer zie ik later in de hut, en er gaat er een omhoog. Die omlaag gaat heeft er een stevig tempo in, als die moet remmen op deze weg met los grint dan gaat het goed fout. Gelukkig is de weg breed genoeg en hoor ik hem al van ver aankomen zodat ik aan de kant kan gaan lopen.
Al gedurende de hele wandeling hoor ik rondom het geklingel van de koeienbellen. Als ik bij de hut aankom zie ik ze ook. Een koe heeft zich zelfstandig gemaakt en wil in speeltuintje gaan spelen. Daar is de eigenaar niet van gediend en die jaagt haar met een bezem weg.
Het is droog maar grijzer als ik verder loop. Ik ga via een grove trap over rotsachtige ondergrond omlaag naar die Untere Firstalm. Die is dicht, maar dat geeft niets. Deze hut ligt maar 10 minuten lopen van de vorige.
De afzetting aan de kant van de weg hebben ze tegen de bomen vastgezet, slim bekeken.
Na een stukje door een rommelig bos, kom ik op een mooie weg met mooi uitzicht in het dal, ook al loop ik niet erg hoog. Ik kom uit bij het Blechsteinhaus en dat is ook al dicht, verdorie. Maar niet getreurd, een stukje verder langs de route ligt die Albert-Link-Hütte en die is wel open. Tijd voor een late lunch en bier. Als lunch heb ik een goulash die in een versgebakken brood geserveerd wordt, erg lekker.
Helaas heb ik hier geen verbinding en er is ook geen Wifi, ik check mijn bier dus later in.
Terug in het hotel is het tijd om mijn backpack voor de huttentocht van morgen in te pakken. De eerste huttentocht heeft 1 overnachting in een hut, dat valt dus nog wel mee. Aan de andere kant heb ik de meeste spullen net zo goed nodig.



























































































Boven aangekomen ben ik Remy, ik heb de hele Parkplatz voor mezelf. Zo gek is dat nu ook weer niet want wie is er nu zo gek om met dit weer, het regent, de bergen in te trekken?
Ik begin aan mijn wandeling. Maar goed dat ik een regen poncho heb. Ik volg de weg en na een tijdje ga ik een bergpad op om bij de Wirtsalm uit te komen. Helaas is deze gesloten, dus geen koffie. Wel kan ik hier even droog staan om mijn jas uit te doen. Die is veel te warm onder mijn poncho. Daarna baan ik me een weg door de koeien op het pad om verder te gaan.
Ik loop verder over een brede Wirtschafsweg. Het is inmiddels gestopt met zachtjes regenen, het regent nu hard. Het asfalt stopt en gaat over in een breed bergpad. Het wordt ook een stuk steiler en ik moet af en toe stoppen om op adem te komen en mijn hart tot bedaren te brengen. Dat doe ik natuurlijk als ik ergens naar wil kijken zodat het lijkt alsof het niet is omdat ik op adem moet komen 🙂 Ik sla rechtsaf een smal bergpad in dat zig zag omhoog gaat. Het is nat en daardoor ook glad, goed uitkijken geblazen dus.
Dan kom ik bij het punt waar de route zich splitst. Ik loop aan de ene kant omhoog en straks kom ik aan de andere kant omlaag. Ik loop over een pad met veel bomen erover. Dat is niet de bedoeling, ik zit verkeerd. Ik kijk even waar de route is, handig zo’n GPS apparaatje, en loop via een waterloop waar niet al te veel water doorheen gaat richting de route die ik moet hebben.
De volgende hut die ik tegenkom is de Aiblinger Hütte, deze is dicht maar ik kan wel even overdekt uit de regen zitten. Als ik mijn poncho uitdoe blijkt ik onder de poncho net zo goed drijfnat te zijn.
Ze blijven even verderop staan kijken wat die malloot in dit weer in de bergen doet en gaan dan hun eigen weg. De uitzicht punten waar ik voorbij kom laten helaas alleen wolken zien.
Net voordat ik daar ben, wordt het droog en klaart het gedeeltelijk op zodat ik mooi het dal in kan kijken. Ook zie ik twee Alpensalamanders op het pad zitten. Ze blijven mooi poseren voor de foto. In het Wendelsteinhaus aangekomen is het tijd voor koffie en bier, einmal um warm zu werden und einmal für den Durst.
Normaalgesproken kun je hier boven over de koppen lopen. Je kunt namelijk zowel met een kabelbaan en met een tandradbaan omhoog. En voor de idioten onder ons natuurlijk ook te voet…
Vlak bij het Wendelsteinhaus staat een kerkje, hier vinden nog steeds trouwerijen plaats. Ik neem aan dat de bruidsparen de kabelbaan of de tandradbaan nemen om boven te komen…
Hier kan iedereen naar de top, ik begrijp waarom het hier normaliter druk is. Ik bereik de top en heb een schitterend uitzicht alle kanten uit. Boven is ook een observatorium omdat het hier lekker donker is ’s nachts. Helaas is de aftakking van de Panoramaweg die rondom de berg voert afgesloten vanwege vallend gesteente. Ik loop dus de hele Panoramaweg weer terug omlaag en zoek daar een weg naar mijn route. Dat lukt prima en ik kom ook langs de andere kant van het stuk dat afgesloten is.
Nu volgt een tweede zwaar stuk, steil omlaag door het Geröll, los gesteente op de berg. Het pad ligt hier ook bezaaid mee en nu moet ik niet uitkijken voor gladheid, maar voor stenen die beginnen te rollen.
Ik zie zowaar enkele paddenstoelen staan en vraag me af waarom ik er niet meer gezien heb. Het weer is er prima voor, vochtig en niet te koud. Houden paddenstoelen niet van hoogte?
Nadat ik het lastigste stuk gehad heb, gaat het weer het bos in en loop ik een uur lang zig zag naar beneden totdat ik weer uitkom bij het punt waar ik even verkeerd liep. Nu loop ik dezelfde route terug die ik vanmorgen ook al liep. Het schiet nu ook een stuk beter op, vooral omdat het pad minder uitstekende stenen en rotsen heeft.
Het was vandaag zeer wisselend weer. Ik begon in de regen en dat hield aan totdat ik net onder het Wendelsteinhaus was. Toen klaarde het een beetje op en had ik ook een mooi uitzicht naar beneden het dal is. Daarna bleef het droog en af en toe kwam zelfs de zon een beetje door.
























































































































De heenreis is redelijk un-eventfull, er is niet al te veel verkeer en ik kan goed doorrijden. Net achter Würzburg neem ik een korte pauze voor het ontbijt, een broodje en koffie. Rond München heb ik een beetje Stau, maar dat levert maar 10 minuten vertraging op.
Na een kleine kilometer kom ik bij de Rixner Alm, een hut met terras. Hier drink ik eerst eens een lekkere Weißen op dat terras met uitzicht over der See.
Als ik net zo’n stuk heb gehad waar het water op het pad staat, kom ik twee oudere dames tegen en die vragen “Muss man da schwimmen?”. Ik verzeker ze dat ze er ook langs kunnen lopen en ze gaan opgelucht verder.
Ik kom weer terug bij de auto en rij nog een klein stukje verder naar Spitzingsee, hier heb ik een hotel geboekt. Het restaurant van het hotel heeft Ruhetag, maar gelukkig is er een stukje verderop, op loopafstand, een restaurant dat open is, die Alte Wurzhütte. Daar ga ik naartoe voor een welverdiend biertje en om dit verslag uit te werken.
Terwijl ik daar zit komt het er even goed uit, regen en onweer. Ik heb geen jas bij me en hoop maar dat het straks nog even droog wordt…



























































Het reizen wordt 100% openbaar vervoer vandaag, eerst met de bus naar het station in Roermond, dan met de trein naar Maastricht, overstappen en verder met de boemeltrein naar Luik. Het is niet druk op de weg en de bus is ruim op tijd in Roermond. Dat komt goed uit want ik moet mijn OV chipknip nog opladen en ik heb zelfs nog tijd om een koffie te scoren bij de Stations Huiskamer.
In Luik aangekomen is het zonnetje weg en loop ik meteen een regenbuitje met dikke druppels in. Dat duurt gelukkig maar even en nadat ik de nodige foto’s heb gemaakt van het station, Luik heeft een mooi en modern station, en omgeving, begin ik aan mijn wandelroute, een NS wandeling, maar eigenlijk gewoon een Groene Wissel omdat Bart deze ook gemaakt heeft.
De route gaat dwars door het centrum en ik kom langs de nodige oude kerken die stuk voor stuk wel het nodige aan onderhoud kunnen gebruiken. Ik kom ook bij de kathedraal en loop even naar binnen. Als ik de tweede keer bij het plein voor de kathedraal kom, is het tijd voor lunch, een omelet en een blonde om hem weg te spoelen.
Ik vervolg mijn route door het centrum en kom bij Montagne de Bueren, een trap van 374 treden die me zo’n 60 meter hoger brengt. Deze trap werd in 1883 voltooid en was bedoeld voor de soldaten die in de citadel gelegerd waren. Zij konden zo rechtstreeks naar het stadscentrum lopen, uiteraard erg belangrijk tijdens hun vrije uren…
Boven aangekomen, loop ik eerst langs de citadel en daarna langs de heuvel door bossen en langs grasland met regelmatig een mooi uitzicht over de stad. Een mooi stuk om te lopen. Geleidelijk gaat het weer omlaag en kom ik bij de Maas uit.
Luik, en ook Bressoux, is één grote bouwput. Overal waar tramrails liggen zijn ze aan het werken en is er van alles afgesloten. In Bressoux is ook de Liège Expo, die zal wel goed bereikbaar moeten zijn. Ik denk dat het station dan ook een keer een upgrade gaat krijgen.
Nadat ik een stuk langs de Maas gelopen heb kom ik weer bij de trappen uit. Hier, onder aan de trappen, ligt een brouwerij, Brasserie {C}. Hier ga ik even uitgebreid van een paar lekkere bieren en een kaasplank genieten. Eerst op het terras en later, als het te veel afkoelt, binnen.
In Maastricht aangekomen komt het er met bakken uit. Gelukkig kan ik voor een groot deel onder een afdak lopen, maar mijn capuchon is geen overbodige luxe. De trein naar Roermond staat al klaar en die gaat ook niet verder dan Roermond vanwege blikseminslag tussen Roermond en Weert. Ik installeer me in de trein met koffie en mijn laptop om mijn verslag af te maken en on-line te zetten, me er nog niet van bewust dat mijn verslag nog een vervolg gaat krijgen.















































































































































In Den Bosch neem ik eerst koffie. Daarna heb ik een flinke vertraging omdat ze verderop een trein aan het evacueren zijn. Die zal het dan wel niet meer doen. Ik zit al in de trein, maar ik moet er weer uit omdat mijn trein gecancelled is. Na enig zoeken, navragen en NS appen zit ik in de sprinter richting Dordrecht. Daarna de IC naar Roosendaal. Hier laat de NS de volgende trein wachten zodat ik mijn aansluiting haal, dat is mooi meegenomen.
Ik begin meteen met wandelen, door het winkelcentrum naar de Markt. Er is vandaag ook nog markt. Het valt me op dat er veel winkel leegstand is hier in Bergen op Zoom. Ook zijn er nog veel Vastelaoves versieringen op de huizen. Dat zie je bij ons niet zo.
Bij het water aangekomen vind ik een McDonalds. Ik wist dat hier horeca was en had hier een korte pauze gepland. Aangezien ik hier nu later ben, kan ik net zo goed meteen lunchen. Dus cheese burgers met aardbeien milkshake…
Na de lunch loop ik eerst een extra rondje rondom de Binnenschelde, een erg mooie route vlak langs het water. Na een tijdje doe ik mijn jas uit omdat ik het veel te warm krijg. Ik loop langs / door natuurgebied Molenplaat en ik zie veel verschillende vogels. Als ik bijna rond ben, kom ik weer in de bebouwde kom en op de oorspronkelijke route uit en vervolg die. Ik heb een klein stukje van de eigenlijke wandelroute gemist.
Ik loop nog een klein stukje door de buitenwijken van Bergen op Zoom, daarna gaat het voornamelijk over zand- en veldwegen, tussen de velden door. Het is op plekken behoorlijk drassig door de regen van de afgelopen dagen. Ik kom ook nog een geit tegen die aan de ketting ligt maar wel het wandelpad op kan en mij komt begroeten.
Het laatste stukje bos waar ik doorheen loop is een klim bos, een behoorlijk groot klim bos. Hier is gelukkig ook horeca, Bozlust, en ik geniet van een lekker dubbel bockje buiten op het terras.
Ik heb een locatie uitgezocht om een biertje te gaan drinken en mijn verslag uit te werken, Biercafé ’t Locomotiefke. Helaas zijn ze gesloten (vanwege Vastelaovend, opruimen en poetsen) en met hun de meeste andere eet- en drinkgelegenheden. Ik vind echter Gastrobar De Moor en die zijn open. Daar strijk in neer voor een paar biertjes en, bij gebrek aan een kaasplank en bitterballen, een Tom Kha Kai soep.
In Blerick regent het, maar als ik in Bergen op Zoom aankom is het droog, bewolkt maar droog. Als ik aan het wandelen ben, komt er eerst een flets zonnetje door en dan wordt het zelfs nog zonnig. De rest van de wandeling is de zon afwisselend wel, niet of een beetje aanwezig. Het is in ieder geval wam en ik heb geen jas nodig.







































































































































Ik heb besloten om naar Meppel te gaan, 3 uur met de trein. Als ik al vrij kan reizen en ook nog eerste klas, dan wil ik wel waar voor mijn geld.
Het station uitlopend, begint mijn wandeling. Het valt wel mee met de kou. Ik loop door Meppel, langs grachten en door het centrum. Er is markt vandaag. Even later loop ik verkeerd, voornamelijk omdat een brug waar ik overheen moest er niet meer is. Dan maar een klein stukje om naar de volgende brug.
Onderweg, in de trein, zag ik al dat het overal wel een beetje wit was, maar niet zo veel als bij ons (of verder naar het zuiden). In Meppel in de bebouwde kom is er maar weinig sneeuw te ontdekken. Dat wordt anders als ik door de polder loop. Daar ligt toch her en der sneeuw op de paden en moet ik goed uitkijken omdat het ook plaatselijk erg glad is.
Door de polder gaat het eerst voornamelijk over asfaltwegen en later ook over een aantal zandwegen. Die laatste zijn plaatselijk erg modderig, maar gelukkig is de modder voor een groot deel bevroren. Dat resulteert wel in een erg ongelijke ondergrond.
Ik loop langs een vogelreservaat en ik zie onderweg allerlei vogels (en hoor een specht). Een koppeltje zwanen zit aan de slootkant omdat het water bevroren is. Een heel stuk verder zie ik zelfs twee ooievaars. Ik dacht dat die de kou wel ontvlucht zouden zijn.
Als ik weer in de bebouwde kom aanbeland ben, loop ik eerst door de buitengebieden van Staphorst om daarna in Meppel aan te komen. In het Wilhelminapark loop ik een extra rondje. De grote vijver is voor een groot deel bevroren, maar niet helemaal. Toch loopt er een knul over het ijs. Gelukkig is hij niet zwaar, maar omstanders roepen toch dat hij van het ijs af moet.
Vlak bij het station draai ik weer af richting centrum. Ik ben de hele tijd niets tegen gekomen om ergens te eten of te drinken, ik heb dus wel honger en vooral ook dorst. Ik had van tevoren al uitgezocht dat ik naar Herberg ’t Plein wilde en daar ga ik nu linea recta naar toe.
Al met al een mooie wandeling die, ondanks de lange rechte stukken, niet saai was.
Eigenlijk biedt Herberg ’t Plein alles wat je maar kan wensen van een goeie kroeg, een redelijke keuze aan speciaal bier, waaronder ook enkele lokale bieren van bijvoorbeeld Gula Beers en uiteraard het nodige van de tap, een prima borrelkaart en een dagmenu (ontbijt, lunch, diner). Ik kan uit eigen ervaring melden dat de snert zelfgemaakt is en erg lekker.
Zoals al aangegeven valt het wel mee met de kou, ten minste in de bebouwde kom. Buiten de bebouwde kom ben ik blij dat ik me goed warm aangetrokken heb en dat ik handschoenen bij me heb. De lucht is deels blauw en deels bewolkt. Later op de dag trekken alle wolken weg en heb ik een stralende zonnige dag. Het wordt zelfs even zo warm dat ik bijna mijn jas uittrek.






































































































Ik pak de trein van 9:06 in Blerick en de reis verloopt voorspoedig. Hoewel dit de trein naar Dordrecht is, gaat hij niet verder dan Den Haag Holland Spoor. Voor mij geen probleem, ik hoef niet zo ver. Wel weer een teken dat het niet goed gaat met het treinverkeer in Nederland, zoals ik in mijn recentelijke treinreizen aan den lijve ondervonden heb.
In één van die parken, het Griftpark, wil ik een pauze inlassen bij Peter’s Bistro. Die is echter gesloten, dat is jammer. Het Griftpark is overigens gesitueerd op de plek waar vroeger de Gemeentelijke Gasfabriek en de Vaalt stonden. Dat was de reden dat de grond op deze locatie erg vervuild was. Uiteindelijk hebben ze de vervuilde grond ‘ingepakt’ zodat deze geen schade meer kan aanrichten. Inmiddels is er een bacterie gevonden die zich voedt met de vervuiling en die, langzaam maar zeker, de vervuiling opruimt. Daar hebben we dan weer mazzel mee…
Als ik weer verder loop, kom ik bij een stuk dat is afgesloten. Ze zijn aan het snoeien en er kunnen takken vallen. Ik denk dat dat gevaar vandaag op veel meer plekken aanwezig is gezien de takken op de grond die ik op mijn weg tegenkom.
Ik loop aan de andere kant van het water en ik pik de route even verder weer op.
Ik kom uit bij Lunchcafé de Moestuin, een groene oase met sociale oogst, een plek waar ze vooral de eigen oogst verkopen of gebruiken voor hun gerechten. Vegetarisch dus, maar ze hebben wel Gulpener bier en dat maakt veel goed. Ik ga voor een luxe tosti kaas tomatensalsa en die is goed te eten.
Na een tijdje kom ik bij de Lunetten van Utrecht. Deze zijn gebouwd rond 1825 als verdedigingswerk om een eventuele aanval vanuit de Houtense Vlakte te pareren. Daarna gaat het weer richting centrum, langs enkele oude fabrieksgebouwen van N.V. Draadindustrie „Neerlandia”, fabriek voor spijkers en draadstaal, en de
Eerste Nederlandsche fabriek van Gereedschappen, opgericht in 1916. Via de Veilinghavenkade met enkele historische rijnaken uit de vorige eeuw kom ik dan weer bij het spoor en even later ook het station uit.
De vorige keren dat ik in Utrecht was, ben ik bij Taplokaal Gist geweest en ondanks dat dat erg goed bevallen is, heb ik nu geen zin om daar een flink stuk voor te lopen (en straks ook weer terug). Ik loop daarom het centrum in en kom uit bij Little Dublin, een Irish Pub. Hier kan ik onder het genot van enkele Guinness deze blog verder uitwerken.
En dat klopt, in Utrecht aangekomen waait het flink en het regent. In de morgen en de vroege middag heb ik de nodige regen. ’s Middags blijft het droog. Af en toe komt zelfs het zonnetje even door. De enige constante factor is de wind. Ten minste de aanwezigheid ervan, de windsterkte varieert van een flinke wind tot harde windstoten.




























































































