Datum: 20200815
Tijd: 10:25 – 18:15
Afstand: 17,2 km
Overnachting: Hotel Niederée, Bad Breisig
Wandeling
We beginnen de dag met een goed ontbijt. We zijn de enige gasten, maar we hebben desondanks een goed ontbijtbuffet. Simpel en niet super uitgebreid, maar wel alles wat we nodig hebben.
De hotelier komt langs om een praatje te maken. Als hij hoort dat we wandelen, biedt hij aan om treinkaartjes voor ons uit te schrijven. Dat is mooi meegenomen, we gaan iedere morgen met de trein van onze eindbestemming naar het begin van de wandeling.
Na het ontbijt vertrekken we en gaan we via het veer naar Bad Hönningen aan de andere kant van de Rhein. Parkeren is geen probleem, recht voor het station.
Na onze treinreis (met verplichte mondkapjes), beginnen we met wandelen, eerst naar het centrum en dan verder door het dorp en het bos in.
We hadden van te voren gekeken of we ergens iets konden drinken. Potentiële plekken waren Dattenberg, Leubsdorf en Ariendorf. Helaas nergens iets open… Volgens de locals (twee keer gevraagd), moesten we in Linz zijn (daar kwamen we vanaf) of in Bad Hönningen (daar gingen we naar toe).
Als we bij Schloss Arenfels aankomen, zien we veel auto’s op de parkeerplaats staan. Er is een bruiloft aan de gang. We overwegen om het bruidspaar te gaan feliciteren. Fatsoenshalve moeten ze ons dan ook iets te drinken aanbieden. Gelukkig voor het bruidspaar is dat niet nodig. Om de hoek is namelijk een terras. Eindelijk iets te drinken.
We houden het goed vol op het terras en ik zet het verslag van Lise van gisteren online, de verbinding is hier uitstekend.
Terwijl we op het terras zitten valt een oudere man van zijn stoel. Paniek alom (milde paniek) en het wordt het slachtoffer makkelijk gemaakt op de grond. Even later arriveert de ambulance en het slachtoffer wordt afgevoerd. Of die nog ooit terug gezien wordt… Ik moet aan de film Soylent Green denken.
Na deze uitgebreide pauze beginnen we aan de laatste loodjes, nog 3 kilometer te gaan. We lopen onder langs de wijngaarden, maar na een paar meter moeten we links, steil de berg op. Het is meteen een van de zwaarste stukken van vandaag. Gelukkig is het maar een relatief kort stukje en daarna lopen we boven langs de wijngaarden.
De wandeling eindigt in de middle of nowhere en we lopen nog 1,5 kilometer naar het station. Daar (en onderweg daar naartoe) is niets te beleven en dus lopen we door naar de Rhein. Hier vinden we Kristall Rheinblick, een terras langs de Rhein, en hier sluiten we de wandeling op waardige wijze af met een grote pint en mooi uitzicht over de Rhein.
Weer
Het was wederom prachtig wandelweer, door de bewolking niet te warm en de hele dag droog (ondanks dreigend gerommel in de lucht in de namiddag). Wel was het aan het begin van de wandeling, in de morgen, een beetje benauwd / drukkend, maar dat duurde niet erg lang.
Songtekst van de dag
Vandaag was ein Schloss onze redding omdat we daar eindelijk een goede pauze konden inlassen. Vandaar Schloss van Glasperlenspiel.
In mein Schloss
In mein Schloss
Mein Herz schlägt bis zum Hals
Hab dich häufig schon gesehen
Jeden Tag viertel vor zehn
Fährst du vom Neunten ins Café
Der Lift geht auf, du trägst ‘ne Tasche von Chanel
Ey, du bist ’n Traum
Wie aus ‘ner anderen Welt
Ich würd’ dir so gerne sagen
Wie sehr ich dich mag
Ich kann dir nicht viel bieten, nur ’n Picknick im Park
Vielleicht hast du ja Bock
Auf ’n Drink oder zwei
Ich teil’ mit dir alles
Und ich bring’ dich gut heim
Ich nehme dich mit
In mein Schloss
Vierzig Quadratmeter im Erdgeschoss
Ist gar nicht so schlecht
Bist du damit fein?
Hier ist alles echt
Und wenn du willst, ist es dein
Ich nehm’ dich mit in mein Schloss
Auch wenn ich darauf ewig hoff’
(In mein Schloss) in mein Schloss
Auch wenn ich darauf ewig hoff’
In mein Schloss
Der Chef macht wieder Stress
Doch ich lächel’ für’s Geschäft
Jeden Tag viertel vor zehn
Fahr’ ich runter ins Café
Der Lift geht auf
Und ich seh’ diesen Typ
Sein Lächeln baut mich auf
Deshalb steh’ ich hier so früh
Will Termine verschieben
Für ein Picknick im Park
Ich warte schon so lang’ drauf
Dass er mich fragt
Morgen Abend hab ich Zeit
Auf ’n Drink oder zwei
Das mit dir fühlt sich so echt an
Es könnt’ für immer sein
Ich nehme dich mit
In mein Schloss
Vierzig Quadratmeter im Erdgeschoss
Ist gar nicht so schlecht
Bist du damit fein?
Hier ist alles echt
Und wenn du willst, ist es dein
Ich nehm’ dich mit in mein Schloss
Auch wenn ich darauf ewig hoff’
(In mein Schloss) in mein Schloss
Auch wenn ich darauf ewig hoff’
Ah, Ali (in mein Schloss)
Ich nehme dich mit in mein Märchenschloss
Vierzig Quadratmeter Erdgeschoss
Nach’m Candlelight-Dinner mit Sternekoch
Bin ich abgebrannt wie der Kerzendocht
Hermès-shop, Chanel-Taschen
Ich muss noch ’n bisschen Geld machen (ja)
Hier sind geklaute Hotelschlappen (ha)
Lass uns ‘ne eigene Welt schaffen (ja)
Herz größer als der Wohnraum (ja)
Wir können bisschen Game of Thrones schauen
Bisschen Rotwein, bisschen Motown
Ich hab’ viel zu bieten wie ’n Auktionshaus
In mein Schloss
Auch wenn ich darauf ewig hoff’
In mein Schloss
In mein Schloss
Auch wenn ich darauf ewig hoff’
In mein Schloss




































































Om half 8 vertrekken… Ik hoopte eerst nog even dat pap een grapje maakte maar helaas. Vroeg uit de veren dus maar en dan de weg op. De reis hierheen ging erg voorspoedig en we waren zelfs bijna zo vroeg op onze bestemming dat we de trein van een uur eerder hadden kunnen pakken. Maar aangezien we eerst nog wel iets wilden drinken voor we aan het avontuur van vandaag begonnen, was het niet erg dat we die trein net gemist hadden.
We gingen dus opzoek naar een plek waar we koffie en fris konden krijgen en het liefst ook nog iets kleins te eten. Nou en op zoek was wat we moesten. Eerst kwamen we bij een hotel met restaurant, maar dat was nur für Hotel Gäste. Ze wezen ons echter wel op een plek 300 meter verderop dus daar gingen we vol goede moed op af. Eenmaal daar bleek het nog dicht te zijn. Niet getreurd er tegenover hadden we een parasol gespot en daar was een Konditorei, precies wat we zochten! Helaas, ook deze was dicht. Inmiddels begon de tijd die we nog hadden voor de trein zou vertrekken steeds korter te worden. Gelukkig vonden we toen toch een klein pleintje met daaraan een paar terrasjes die al open waren. Het was helaas te laat om nog iets te eten te bestellen maar we hebben nog lekker iets kunnen drinken voor we op pad gingen.
Vanaf het station waren er meteen gele bordjes die we konden volgen om bij het startpunt van de route te komen. We gingen dus lekker op pad en alles zat mee. We hadden nog even overwogen paraplu’s mee te nemen, maar het bleef droog, het was niet te warm, niet te koud en we konden lekker door wandelen. Vanaf het begin punt van de route veranderden onze gele markeringen in blauwe en verlieten we de bewoonde wereld om het bos in te gaan. In het bos zag het er heel vreemd mooi uit. Als je omhoog keek was alles groen maar op de grond leek het wel herfst en als je goed keek kon je de blaadjes ook zien vallen. Dat was niet het enige wat je kon zien als je goed keek, we hebben ook een eekhoorn gespot die door het bos vloog alsof het een grote speeltuin was. Echter was dat niet het enige dier dat we zagen, maar voor deze anderen hoefde je niet goed rond te kijken. Ze kwamen namelijk iedere keer in je zicht en daar werd je niet erg gelukkig van. Er waren een paar vliegen die maar om je hoofd bleven vliegen. Ik weet niet of het er een paar waren die ons steeds bleven volgen of dat er steeds nieuwe waren die het stokje van de vorige overnamen maar irritant waren ze.
Iets voorbij de helft van de route kwamen we bij een waterval waarnaast we omhoog moesten. Boven bleken er geulen te liggen waar het water van de waterval doorheen stroomde (een soort levada). Waarschijnlijk vonden we het beide zo leuk om het water te volgen en nog een watervalletje tegen te komen dat we te veel op het water en te weinig op de markeringen hebben gelet. Zodra we bij een grote splitsing kwamen waren onze blauwe bordjes namelijk nergens meer te bekennen. Gelukkig waren we niet ver van de route en hoefde we niet terug om weer op het juiste pad te komen. Hierna duurde het niet lang meer voor we eindelijk bij onze enige pauze plek op de route kwamen: Erpeler Ley. Hier konden we lekker op het terras gaan zitten en hebben we iets kunnen drinken en eten en uit kunnen rusten voor we aan het laatste uurtje van onze wandeling begonnen. Maar voor we dat konden doen moesten we uiteraard eerst even kijken bij het uitzichtpunt dat daar ligt.
Het laatste stuk van de route hield nog een paar keer klimmen en vooral heel veel dalen in, om uiteindelijk te eindigen op het plein van Linz am Rhein. Hier eindigde de route onder een parasol en dat kwam goed uit want we hadden trek in een lekkere koude Paulaner.
Het was vandaag prima wandelweer. Ondanks dat er regen voorspeld was, hebben we het goed droog gehouden (10 druppels regen). Het was wel erg warm, maar de bewolking zorgde ervoor dat we niet echt in de zon hoefden te lopen (als we niet in het bos waren).



































































































De laatste dag van mijn Kerst 2019 Mosel avontuur en tevens de afsluiting van de Moselsteig. Ik loop vandaag de laatste etappe van Winningen naar het Deutsches Eck in Koblenz, daar waar de Mosel in de Rijn uitkomt.
Ik loop dwars door Winningen, en dan via dezelfde Zuweg als gisteren naar boven. Ik doe het rustig aan, ik heb geen zin om me vandaag kapot te zweten.
Even later komt Koblenz in zicht
In Güls, net voor de brug over de Mosel, wijk ik een klein stukje van de route af om bij een Kiosk Imbiss koffie te gaan drinken. En omdat ik toch al daar ben, neem ik meteen eine Bradwurst im Brötchen.
De rest van de etappe gaat enkele kilometers over voetpaden, vlak langs de Mosel, naar das Deutsches Eck.
Het zit erop, niet alleen voor vandaag of deze week, maar de totale Moselsteig. Ik schrijf nog wel een keer een terugblik. Nu moet ik na gaan denken over de volgende uitdaging die ik in iedere keer met een paar dagen tegelijk kan doen.
In Winningen begint het te druppelen en als ik via de Zuweg omhoog loop, begint het te regenen. Niet hard, maar wel gestaag. Gelukkig heb ik de paraplu meegenomen. De rugzak heb ik weer in de auto gelaten, maar ik heb wel aan reserve batterijen gedacht deze keer.













































En weer op tijd op. Deze keer om in Winningen de trein van 8:35 uur te halen.
De dag begint grauw, er hangt mist in Löf. In Winningen en Kobern-Gondorf was dat niet het geval.
Na de brug ga ik omhoog naar Burg Thurant en dan weer een stukje steil omlaag. Ik besef dat ik weinig foto’s heb van de meest linke stukken van het pad. Daar is een goede reden voor, bij die stukken ben ik voornamelijk bezig om er zonder kleerscheuren doorheen te komen en dan denk ik niet zo aan foto’s maken.
Het gaat verder naar beneden, ik kom bij de kerk met kerkhof van Alken uit. Bij deze kerk hebben ze een mini Kreuzweg, alle Stationen op een meter of 20-30, voor de luie beminde gelovigen of de rijke beminde gelovigen, die kunnen de inspanning vast wel afkopen.
Hijgend als een paard en druipend van het zweet kom ik boven aan. Tijd voor een kleine pauze en een paar slokken water. Respect voor de beminde gelovigen die deze Kreuzweg liepen, of lopen, om een paar weesgegroetjes te zeggen.
Ik kom in Oberfell en daarna gaat het super steil omhoog, dat is echt even afzien. Het voordeel van heel steil omhoog is dat je snel boven bent. Het laatste stuk omhoog gaat gelukkig meer relaxt. Ik loop nu over een breed pad door het bos en kom uiteindelijk op het dak van de wereld terecht. Dat duurt echter maar even en dan ga ik weer het bos in en redelijk rustig naar beneden. Op het eind volgt nog een klein klimmetje en dan kom ik bij de brug in Kobern-Gondorf die ik oversteek. De eerste etappe van vandaag zit erop.
Aan de andere kant van de brug ben ik even in verwarring. Mijn GPX tracks gaan anders dan de bewegwijzering van de Moselsteig. Even later weet ik waarom. Mijn GPX tracks gaan naar het dorp zelf, of het station, via de Zuweg. Ik volg echter de Moselsteig aanwijzingen en sla zodoende een stuk bebouwde kom over.
Even later kom ik op de plek waar Moselsteig en Traumpfad bij elkaar komen. Hier was ik afgelopen maandag ook al. Tijd voor een snack en wat water.
Als het Traumpfad en de Moselsteig weer uit elkaar gaan, volgt er een stuk over de weg. Dan door het bos omhoog, omlaag en nog een stuk omhoog tot helemaal boven. Hier gaat het weer een flink stuk over het dak van de wereld. De Moseltalbrücke komt steeds dichterbij.
Bij de Moseltalbrücke aangekomen zie ik dat er ook een Raststätte is. Helaas is de Serways hier dicht. Maar niet getreurd, als ik onder de brug door ben, is er aan de andere kant nog een. Een mooie gelegenheid om een multi vitamine sapje en een Mars te scoren voor onderweg.
Na de Raststätte kom ik langs een aantal rijen met garageboxen. Gewoon zo, boven op de berg zonder enige andere bebouwing in de buurt. Het is natuurlijk een perfect plek om garageboxen neer te zetten, staan ze zeker niet in de weg. Alleen een beetje lastig als je je auto erin gezet hebt en je moet 2 kilometer de berg aflopen naar je huis. Om nog maar niet te spreken over als je naar je werk wil en je auto moet gaan halen, 2 kilometer omhoog. Ik had ze denk ik toch ergens anders gebouwd…
Daarna gaat het door de wijnvelden omlaag naar Winningen. Hier vind ik Hotel Weinhaus Marktschenke waarvan de bar open is. De plaatselijke klandizie zit al aan de bar te drinken en te roken, dat mag hier nog. Tijd voor een welverdiende Franziskaner.
Nadat ik mijn bier op heb, loop ik de rest van de route naar het station. Als ik een steegje uitloop, loop ik zo tegen mijn auto aan. Lekker makkelijk, beter dan 2 kilometer naar boven naar de garagebox…
En alweer prima wandelweer. Een beetje mist aan het begin, maar daar was ik snel overheen, letterlijk. Veel zon, maar daar had ik een groot gedeelte van de wandeling weinig aan omdat ik in het dal in de schaduw liep. Mijn jas heb ik wel aan gelaten, maar af en toe open gehad.
























































































































































Ik sta weer op tijd op en ga, na het prima ontbijt, met de auto naar Löf. Ik ben veel te vroeg en moet ongeveer een half uur wachten. Die breng ik door aan de oever van de Mosel. Het water van de Mosel staat hoog. Niet zo hoog dat het problematisch is, maar wel aanzienlijk hoger dan normaal gezien de vele bomen en struiken die onder water staan en de aanlegsteigers van de boten die hoger liggen dan normaal, de loopplanken gaan allemaal omhoog naar de aanlegsteigers.
Ik loop door Treis-Karden en dan steil omhoog. Voordat ik omhoog ga, kom ik een waarschuwingsbord tegen dat meldt dat ik angepasstes Schuhwerk und Trittsicherheit moet hebben. Dit stuk, en een groot deel van de route van vandaag, is ook een pelgrims pad. Dat blijkt want ik kom bij een uitkijkpunt een non en 3 oefen nonnen (novices?) tegen. Aan de taal te horen komen ze zelfs uit Italië.
Na het uitkijkpunt duik ik het bos in. Ik zie diverse keren reeën voor me het pad oversteken. Nu ik erop let zie meer reeën sporen. Wat ik ook zie, dat viel me gisteren oom al op, is omgewoelde aarde. Zover ik weet wordt dat niet door reeën gedaan. Toch zijn er graaf c.q. krab sporen te zien. Ik neem aan dat hier ook de nodige wilde zwijnen zitten. Die zullen dat wel gedaan hebben.
Als het weer steil omlaag gaat, is er een staalkabel langs de kant bevestigd. Dat komt goed uit want die heb ik wel nodig om omlaag te komen. Daarna volgt een heel relaxt stuk over een breed pad langs de berg en de wijnvelden.
Ik loop nu een stuk over het dak van de wereld, ten minste in dit deel van de wereld. Omlaag gaat het alweer via een Kreuzweg, dan door een bos om uiteindelijk bij Burg Eltz aan te komen. Die staat in de steigers en gaat volgend jaar op 1 april weer open (grapje?).
Verder dan maar. Na een brug over de Elz moet ik een keuze maken. Loop ik verder over de Moselsteig of ga ik via de Zuweg naar Moselkern? Dat laatste kost me een dikke 2km extra, die ik echter wel gepland heb. Geboren optimist die ik ben, kies ik voor de Zuweg voor het geval er in Moselkern iets open is en ik een koffie kan scoren. Het gaat nog zo’n 2km langs de Elz en dan door Moselkern. Helaas is dit een zeer dood dorp. Niets open dus en zeker geen koffie (en ik heb gezocht).
Onverrichte zaken neem ik de (andere) Zuweg om weer op de Moselsteig te komen. Het gaat uiteraard meteen flink omhoog, waarvan het laatste stuk over een weg. Iets minder, maar gelukkig niet veel verkeer. Wel is deze weg ook weer een Kreuzweg. Boven aangekomen kom ik bij de kapel van de Kreuzweg en weer op de Moselsteig terecht en gaat het redelijk vlak verder langs velden en over drassig graspaden.
Vlak voordat ik in Hatzenport kom, staat er weer een waarschuwingsbord. Er komt weer een lastig stuk aan, ik heb weer angepasstes Schuhwerk und Trittsicherheit nodig en er is zelfs sprake van een ladder! Dat wil ik meemaken.
In Hatsenflats, sorry Hatzenport is ook al niets te doen en nergens koffie of bier te krijgen. Mijn hoop is dus helemaal gevestigd op het eindpunt van de route, Löf.
In Löf vind ik gelukkig Hotel Lellmann en daar kan ik wel een biertje drinken volgens de vriendelijk dame aan de receptie. Is er verder niemand, behalve het personeel.


















































































































































Na het ontbijt rij ik naar het station in Treis-Karden en van daaruit gaat het met de trein naar Cochem. Hier loop ik naar de brug, het begin van de route. Het gaat bergop richting Sesselbahn en daar steil omhoog naar het Pinnerkreuz. Ik heb dit stuk al eens eerder met Ada gelopen, maar dan naar beneden. Naar boven vergt aanzienlijk meer inspanning.
Nu gaat het omlaag naar Klotten. In Klotten loop ik langs de burcht ruïne en door een stukje van het dorp. Helaas is alles dicht, dus geen koffie. Navraag leert dat aan het andere uiteinde van het dorp wellicht iets open is, maar ik heb geen zin om zo ver om te lopen als ik dat niet zeker weet (de dorpen langs de Mosel zijn nogal langgerekt).
Nu volgt een minder leuk stukje van de route, tussen de weg en het spoor onder langs de Mosel.
Na nog een stukje langs open velden, kom ik in Kail, een dorpje boven op de berg. Hier is Café zur Tanke, waar ik een tijdje reclame van zie langs de route. Gelukkig is de reclame waar en is het café open. De eigenaar zit met één van zijn vaste klanten buiten. Ik bestel een Weißen en ga er bij zitten. Het is warm genoeg om buiten te zitten, zeker in de zon. Ik ouwehoer een tijdje met de eigenaar en zijn van oorsprong Italiaanse stamgast, die alweer 10 jaar in Duitsland woont nadat hij met zijn 50ste met pensioen ging. Die Italianen hebben het goed voor elkaar…
Na de welverdiende pauze loop ik het dorp weer uit en gaat het langs een beek omlaag tot ik weer terug bij de Mosel ben. Het gaat nu verder bovenover langs de wijnvelden en uiteindelijk via een Kreuzweg omlaag naar Pommers. Die Kreuzweg is levensgevaarlijk. Volgens mij hadden ze hier te veel gelovigen en moesten ze er vanaf. De rotsen liggen hier in de schaduw en zijn nog nat en er groeit mos op, spekglad dus. Ik ga bijna onderuit, maar kan me nog net opvangen. Dus zoveel mogelijk de rotsen mijden. Een stukje verder heb ik echter geen alternatief en moet ik op de rotsen gaan staan. En ja hoor, ik ga weer onderuit, deze keer helemaal zodat ik op mijn gat terecht kom. Gelukkig is er weinig schade, behalve de nagel van mijn rechterduim, die is omgeslagen en ik bloed als een rund. Ik duw de nagel weer in het gareel, schud het overtollige bloed af en ga verder naar beneden naar Pommeren.
Wandelen in de herfst heeft zo zijn voordelen, ik ben helemaal alleen op de Moselsteig, behalve in de dorpen, alhoewel die ook bijna uitgestorven zijn. Er is echter ook een nadeel, bijna alles is dicht, zo ook in het deel van Pommeren waar ik doorheen loop. Dus gewoon door en hopen dat er in Treis-Karden iets te drinken te krijgen is.
Na Pommern is het weer flink klimmen naar het dak van de wereld. Zo’n klim die maar niet wil eindigen. Na iedere bocht volgen er meer hoogtemeters. Ik kom toch boven aan en na een klein stukje gaat het alweer omlaag naar Treis-Karden. Dat gaat voor een deel zigzaggend over hele smalle paadjes met modder, bladeren en gladde stenen langs een steile helling omlaag. Niet helemaal ongevaarlijk…
Recht tegenover het station is een groot hotel / restaurant, hotel Petri en die zijn gelukkig open. Ik zie binnen mensen zitten. Op mijn vraag of ik een bier kan krijgen, wordt ik naar een afgelegen deel gedirigeerd, maar dat maakt mij niet uit. Ik kan me voorstellen dat de hotelgasten, die zo te zien allemaal veel ouder zijn dan ik, niet zitten te springen op een bezwete wildeman die tot bijna aan zijn middel onder de modder zit, modder aan zijn armen en een bebloede hand heeft (en ik overdrijf maar een klein beetje).
Gedurende de dag ben ik op diverse plekken dooieakkers tegengekomen. Ieder klein gehucht of dorpje heeft er een.
Het was niet alleen heel lekker wandelweer, maar gewoon lekker warm, zeker voor de tijd van het jaar. In Kail heb ik buiten mijn bier zitten drinken. Het was bijna de hele dag zonnig en alleen later op de middag werd het bewolkt.














































































































































Einde van het jaar en ik heb 3 weken vakantie voor de boeg. Behalve dat Océ 2 weken dicht is, heb ik de week daarvoor ook nog vrij genomen om te gaan wandelen. Ik ga de Moselsteig afmaken. Ik moet nog 6 etappes, maar die zijn voornamelijk kort zodat ik er 2 op een dag kan doen.
Het gaat meteen via smalle paadjes zigzaggend de berg op. Halverwege kom ik langs een Maria beeld en net voordat ik boven ben, stopt het stijgen en ga ik via smalle paadjes langs de berg verder. Onder ligt de Mosel en dat levert regelmatig mooie uitzichten op. Het gaat wel steil naar beneden aan de linkerkant.
Halverwege deze helling route klaagt mijn Garmin dat de batterijen bijna leeg zijn. Dat is het moet dat ik me realiseer dat ik vergeten ben om reserve batterijen mee te nemen. Dat gebeurt me normaal nooit, maar in mijn enthousiasme om op weg te gaan en doordat ik besloten heb om geen rugzak mee te nemen op deze korte tocht, is het wel een feit. Teruggaan is geen optie, daarvoor ben ik al te ver onderweg.
Het gaat verder door het Keverbachtal, langs de (jawel hoor) Keverbach. Een mooie route, maar wel weer goed oppassen geblazen in verband met de modder. Het gaat langzaam omhoog terwijl de beek beneden in het dal ligt. Dat klinkt overigens hoger dan het in werkelijkheid is. We hebben het hier over een metertje of 20.
Op het eind, tijdens de laatste twee kilometer, loop ik weer over een smal pad langs de berg. Door het bos deze keer. Dit pad komt uiteindelijk uit bij de Matthiaskapelle. Hier volg ik de Kreuzweg naar beneden, vlak langs de ruïne van Niederburg Kobern.




















































































